Financiering

Rente

Rente

Renteontwikkeling
Renteontwikkelingen op de kapitaalmarkt zijn belangrijk vanwege de risico’s die ze voor ons in kunnen hebben. Wij volgen de renteontwikkeling daarom ook nauwlettend. Al een aantal jaren is er sprake van lage rentestanden. In 2019 is de rente verder gezakt en is wederom een historisch laag punt bereikt. De verwachting is dat dit de komende 12 maanden ook zo zal blijven.

De rente op de geld- en kapitaalmarkt wordt voornamelijk bepaald door het beleid van de Europese Centrale Bank(ECB). De verwachting is dat het beleid van de ECB ruim zal blijven. De officiële tarieven blijven naar verwachting in de komende 12 maanden onveranderd. Naast het beleid van de ECB zijn ook het beleid van de centrale bank van de Verenigde Staten van Amerika (FED) en andere macro-economische effecten van belang voor de renteontwikkeling. Zoals bijvoorbeeld de uittreding van het Verenigd Koninkrijk uit de Europese Unie. De FED heeft op 31 juli 2019 de rente verlaagd met 0,25% naar 2,25%. De verwachting is dat het niet bij deze renteverlaging zal blijven maar er nog meerdere zullen volgen.

De gemiddelde kapitaalmarktrente over 2018 voor rentevaste leningen met een looptijd van 15 jaar was ongeveer 1,48%. De gemiddelde rente over 2019 tot en met 14 juli 2018 is ongeveer 0,95%. Begin augustus 2019 was het tarief 0,29%. Hieronder zijn de rentepercentages weergegeven waar in deze begroting mee is gerekend voor de nieuw aan te trekken leningen. Om het renterisico zoveel mogelijk te beperken is er voor gekozen om toch van een iets stijgende kapitaalmarktrente uit te gaan en wordt voor kortlopende financiering korter dan 1 jaar(rente geldmarkt) ook met deze percentages gerekend.

2020

2021

2022

2023

Rente Kapitaalmarkt gemiddeld

1,05%

1,15%

1,25%

1,35%

Op de geldmarkt is op dit moment nog steeds sprake van een omgekeerde rentestructuur. Daar ontvangen we rente als we geld lenen. Komende tijd wordt hierin ook nog weinig verandering verwacht. Wij maken optimaal gebruik van deze situatie door bij liquiditeitstekorten een kasgeldlening af te sluiten en zo min mogelijk gebruik te maken van de kredietfaciliteit op de rekening-courant. Op dit moment is de rente voor een kasgeldlening – 0,39%.

Financiering
De financiering van de gemeentelijke investeringen vindt plaats met interne lange financieringsmiddelen, de reserves en voorzieningen, en met extern aangetrokken geldleningen. Als uitgangspunt geldt dat de financieringswijze geen rol mag spelen bij de kostprijsberekening van gemeentelijke  taken. Daarom berekent de gemeente ook rente over de reserves en voorzieningen. Dit gebeurt op basis van het gemiddelde gewogen rentepercentage van de leningenportefeuille.
Aan de grondexploitaties mag alleen nog werkelijk betaalde rente toegerekend worden.

Verstrekte leningen
De gemeente heeft een aantal leningen verstrekt in het kader van het publiek belang. Het grootste deel van het saldo van deze leningen zijn leningen die verstrekt zijn in het kader van de Woningbouw. De gemeente Velsen heeft ook één achtergestelde lening. Voor deze lening is een volledige voorziening getroffen.

Toerekening rente
Het Besluit begroting en verantwoording (BBV) schrijft voor dat rente via de taakvelden wordt toegerekend aan de programma’s. Door gebruik te maken van een renteomslag wordt de manier van verantwoorden van de rente in de begroting geharmoniseerd.
Op advies van de commissie BBV wordt voor het berekenen van de renteomslag onderstaand model gebruikt. Hiermee geven we inzicht in de rentelasten voor externe financiering, het renteresultaat en de wijze van rentetoerekening.

(bedragen x € 1.000)

Rente resultaat taakveld Treasury
(bedragen * € 1.000)

2020

2021

2022

2023

Rentelasten voor korte en lange financiering

3.175

3.059

2.946

2.915

-/- Rentebaten voor korte en lange financiering

170

142

114

86

Totaal door te belasten externe rente

3.005

2.917

2.832

2.829

-/- Door berekende rente grondexploitaties

229

178

161

143

Saldo door te rekenen externe rente

2.776

2.738

2.671

2.687

Rente over eigen vermogen

977

756

609

509

Rente over voorzieningen (gewaardeerd op contante waarde)

174

140

142

145

Totaal aan taakvelden toe te rekenen rente

3.927

3.634

3.423

3.341

-/- De werkelijk aan taakvelden (programma’s inclusief overzicht Overhead) toegerekende rente (renteomslag)

4.428

4.580

4.771

4.829

Rente resultaat taakveld treasury

501

946

1.348

1.488

In de Begroting 2020 wordt voor de toerekening van de rente aan de taakvelden een renteomslag verlaagd naar 2,00 %. In de Perspectiefnota 2019 is een verlaging van 0,25 % aangekondigd, maar gezien de blijvende lage rentestand is de rente extra verlaagd met 0,25 %. Op deze wijze blijven we binnen de bandbreedte die het BBV voorschrijft.

Het BBV schrijft voor dat de gehanteerde omslagrente niet meer dan 0,5% (positief of negatief) mag afwijken van de berekende omslagrente. Conform onderstaande berekening komen we voor 2020 uit op een berekend renteomslag percentage van 1,76%.

Het verschil tussen het reële renteomslag percentage en de voorgenomen renteomslag uit de Perspectiefnota (2,25 %) is  0,49%. Deze afwijking past net binnen de door de BBV gestelde bandbreedtegrens van plus of min 0,5%.

Omdat het verschil met de gestelde norm zeer klein is en er gedurende het jaar zich ontwikkelingen kunnen voordoen waardoor het reële renteomslagpercentage buiten de bandbreedte valt, is de renteomslag voor de Begroting 2020 nogmaals met 0,25 % naar beneden bijgesteld naar 2%.

2020

2021

2022

2023

Berekende renteomslag percentage

1,76%

1,59%

1,45%

1,40%

Renteomslag percentage begroting

2,00%

2,00%

2,00%

2,00%

Verschil

0,24%

0,41%

0,55%

0,60%

Marge

0,50%

0,50%

0,50%

0,50%

Ruimte binnen de marge

0,26%

0,09%

-0,05%

-0,10%

Het positieve renteresultaat in de treasury ontstaan deels door het verschil in de percentages (0,24%) en deels door de bespaarde rente over het eigen vermogen. (geld dat niet geleend hoeft te worden).